Skip to main content

Het uitkomen van kuikens in de stal volgens het One2Born-principe helpt om enterococcen-infecties en pootproblemen te voorkomen. Dat stelt Marij Fermont, pluimveedierenarts van AdVee Dierenartsen in Ysselsteyn.

Infecties met enterococcen geven op sommige vleeskuikenbedrijven veel problemen. “Als dat zo is, moeten we deze bacteriële infecties behandelen met antibiotica. Dat werkt heel snel, maar vaak komen de infecties in dezelfde ronde weer terug”, zegt pluimveedierenarts Marij Fermont, die daarom pleit voor een meer preventieve aanpak.

Er zijn 50 verschillende typen enterococcen darmbacteriën. Een type dat veel problemen geeft, is Enterococcus cecorum, die ontstekingen van gewrichten (heup, knie of hak) en botweefsel bij vleeskuikens kan veroorzaken met kreupelheid. Soms leidt het tot een wervel-abces of ontsteking van het hartzakje. De schade door E. cecorum kan oplopen tot 10% uitval, vooral vanaf week drie. Ook het percentage afkeuringen gaat al snel naar 10%. Grote schadeposten, die pluimveehouders liever voorkomen.

Over de infectieroute van E. cecorum is nog veel onduidelijk. De bacterie kan via de lucht, snavel, huid of via voetzoollaesies worden overgedragen. De meest waarschijnlijke route is via de snavel. “Enterococcen zijn normale darmbewoners, die pas problemen geven als ze vanuit het darmkanaal in de bloedbaan terecht komen. Dat gebeurt waarschijnlijk in de eerste levensdagen van het kuiken, als de darmwand nog doorlaatbaar is voor bacteriën”, legt Fermont uit. Soms komt de dierenarts in de praktijk vleeskuikenbedrijven tegen die kampen met veel pootproblemen. “Als deze bedrijven overstappen op een systeem van uitkomen in de stal, zoals bijvoorbeeld One2Born, heeft dat vaak een positief effect op het voorkomen van infecties met enterococcen. Daarnaast starten de kuikens makkelijk op en is de uitval in de eerste week meestal laag.”

Darmen staan minder lang open

Hoe is het positieve effect van uitkomen in de stal op verlaging van problemen met enterococcen te verklaren? Er zijn drie verklaringen. Ten eerste is de infectiedruk van lager. Het kuiken komt pas in de stal uit het ei en niet in de broederij, waar altijd een risico is op kruisbesmetting tussen pas uitgekomen kuikens. Ten tweede heeft een snelle voeropname een positief effect. Kuikens gebruiken de dooier als voedingsbron, maar kunnen na uitkomen in de stal ook direct water en voeding opnemen. “Dat bootst meer de natuurlijke situatie na en de hypothese is dat de darmen eerder sluiten door snelle eerste voeding. Daardoor neemt de kans op overdracht van enterococcen vanuit de darmen in de bloedbaan af”, vertelt Fermont. Uit onderzoek blijkt dat kuikens die direct na uitkomen de beschikking hebben over voer en water, de dooierrest ook sneller opnemen. Dat levert extra nutriënten en een vlotte overdracht van maternale immuniteit op. Als laatste speelt minder stress bij kuikens die uitkomen in de stal waarschijnlijk de hoofdrol. De kuikens hebben geen stress van transport en onthouding van water en voer. Ze bevinden zich direct in hun uiteindelijke ruime leefomgeving in de stal. Minder stress zorgt voor een goed functionerend immuunsysteem, waardoor bacteriële infecties minder kans hebben om door te breken. Het One2Bornsysteem levert robuuste, gezonde kuikens op, die harder groeien met een hoog eindgewicht. Een beter dierenwelzijn, een lager antibioticumgebruik en een hoger rendement is in het belang van de gehele sector en in het bijzonder voor de pluimveehouder.